Gea Ottens: ‘ik hoor bij de inboedel’

Gea Ottens
Gea Ottens kan zich een week zonder Harlinger Kringloopwinkel niet voorstellen. “Veel mensen vielen in een diep gat na de brand. Het is ook een sociaal gebeuren!” In de nieuwe winkel komt beslist weer een koffiehoek.

Een artikel dat eerder werd gepubliceerd in de Harlinger Courant, als eerste in een serie over vrijwilligers. Lees ook het tweede deel: Klaas Feenstra, bouwvakker tussen vrouwen.

De vrijwilliger in de 21e eeuw

De samenleving wordt steeds ingewikkelder. Ineens gaat alles via internet en de kredietcrisis sloeg toe. De Europese Unie heeft het moeilijk en de burgers ook. De nationale overheid rekent steeds meer op eigen initiatief bij de burgers. Dit heeft gevolgen voor alle sectoren van de maatschappij. Werk dat vroeger werd gedaan door beroepskrachten verschuift. ‘De burgers moeten hun problemen samen oplossen,’ zegt premier Rutte.  ‘Al die kleinere initiatieven bij elkaar, waarbij mensen bijdragen naar vermogen noemen we de participatiesamenleving.’

Alles goed en wel, maar wat betekent het? Veel werk dat vroeger werd verricht door mensen met een salaris blijft nu liggen. Vooral als dat weinig tot geen omzet of winst met zich meebrengt, zoals bijvoorbeeld in zorg en welzijn. Het werk wordt alleen nog gedaan als vrijwilligers het oppakken, zonder financiële vergoeding. Zij waren altijd al heel belangrijk, ook in betere jaren. Nu de overheid zich stap voor stap terugtrekt wordt die rol dubbel zo groot. De Harlinger Courant doet in een artikelenserie onderzoek naar vrijwilligerswerk. Wat voor mensen zijn deze vrijwilligers, wat beweegt hen, wat voor werk doen zij, wat betekent het voor hun ‘klanten’?

 



HARLINGEN – Het idee ontstond tijdens een gesprek met een gepensioneerde arts. Hij vertelde met gedrevenheid over al die vrijwilligers die belangeloos klaarstaan voor hun medemens. In de zorg, in de stervensbegeleiding, in besturen van verenigingen, in het jongerenwerk, tijdens sportieve activiteiten. Voor zichzelf wilde hij geen publiciteit. “Ga liever op zoek naar degenen die altijd op de achtergrond staan en waar nooit iemand iets aan vraagt.” De redactie van de Harlinger Courant voegde de daad bij het woord. In deze eerste aflevering praten we met een vrijwilligster bij de Kringloopwinkel. 

Tekst en foto’s Gijs en Inge van Hesteren

“Wij zijn de ouwe hap, in augustus werk ik hier tien jaar,” zegt Gea Ottens. We zitten in de zomerzon, vlak voor de ingang van de tijdelijke kringloopwinkel. “Ik ben nu 66 jaar, maar van omlummelen houd ik sowieso niet. Vroeger heb ik altijd in de horeca gewerkt. In Leeuwarden, in Den Haag zelfs, maar meestal in Harlingen. Café’s als De Smeerpaal, het Noordeke, de Eilanderboot, Centraal. Ik heb graag mensen om me heen, daar geniet ik van. En ik doe graag wat voor de maatschappij.”

Van oorsprong is zij een Groningse. Haar man werkte vroeger voor het Loodswezen, in Groningen, in Den Helder, in Harlingen. Daar is ze gebleven. Binnenkort wordt ze oma. “Mijn zoon woont in Groningen nu. In oktober komt mijn kleindochter,” zegt ze blij. “Ik blijf mooi in Harlingen wonen. En werken bij de Kringloop. Zo onderhand hoor ik bij de inboedel, zeggen ze.”

Alles bewaren

Gea Ottens werkt niet alleen in de winkel. Tot voor een paar jaar geleden was ze vanuit ’t Vierkant actief als ouderenadviseur, ook als vrijwilligster. Ze belde met ouderen en ging langs, om te helpen met dingen als het invullen van belastingformulieren. “Die mensen bewaren vaak álles, elk bonnetje hebben ze klaarliggen. Als we die allemaal meenamen bij de aangifte, kregen ze vaak nog een leuk bedrag terug van de Belastingdienst. Mensen kennen vaak de weg niet. Jammer genoeg draaide de gemeente de geldkraan voor dat ouderenwerk dicht. Niet dat ik me daarna ging vervelen. Ik ben al jaren mantelzorger voor mijn moeder. Ze is intussen 91 en heeft last van Alzheimer. Ze woont in de Batting. Daar werken nog veel meer vrijwilligers, hoor!”

Over haar Kringloopwinkel is ze heel positief. Ze gaat over het ‘kleingoed’: kopjes, schoteltjes, schaaltjes, bestek. “Ik ben er heel makkelijk in. Vaak krijgen we heel vieze dingen ingebracht. Verroest, of vol beschimmelde etenskorsten. Je zou er wel ziek van kunnen worden! Dat spul gooi ik meteen weg. Maar er komt ook veel moois binnen. Even schoonmaken hoort er dan bij. Er komen mensen van allerlei pluimage in de winkel. Veel verzamelaars; retrodingen, autootjes, blikken trommels, oude boeken. We zijn heel goedkoop, vind ik. Pas als artikelen langer dan een paar maanden blijven liggen gaan ze eruit. Niet dat we onverkocht spul weggooien. Bijna alles gaat door naar het buitenland. Voormalige Oostbloklanden en dergelijke. Daar is er meestal wél vraag naar.”

Nieuwe winkel

Natuurlijk is de harlinger Courant benieuwd naar de voortgang van de bouw van de nieuwe Kringloopwinkel, aan de overkant van de Hermesweg. Het is intussen een jaar geleden dat de ‘oude’ winkel daar tot de grond toe afbrandde. “We zijn al een hele tijd druk bezig met het prijzen van alle artikelen die we daar kwijtkunnen. Op de tiende augustus krijgen we de sleutel. Dan beginnen we met het inrichten. De planning: opening eind september.”

“Weet je,” zegt Gea, “Als er geen vrijwilligers waren stort de hele samenleving in mekaar. Reken maar.”

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *