Maandelijks archief: december 2003

Als lichaamstaal geluid maakte… – Politiek dagboek 31

Tussen 2002 en 2006 had ik vier jaar de eer om voor GroenLinks zitting te hebben in de Gemeenteraad van Harlingen. In februari 2003 begon ik met een weblog op het internet. Ik was één van de eerste gemeenteraadsleden die zoiets deed.
Lees hier de voorgaande aflevering 30.

Een waardeloze vergadering

Vrijdag 19 december

De laatste dagen hebben verscheidene mensen, echt niet alleen uit GroenLinkse hoek, me aangesproken over de raadsvergadering van woensdagavond. Zij waren erbij, of ze hebben via de radio meegeluisterd. Wat hen getroffen heeft:
“De vergadering was erg rommelig, er was geen rode draad te ontdekken.”
“De voorzitter van de raad discussieerde vooral mee en vergat voor te zitten.”
“Jammer, dat bijna niet inhoudelijk is ingegaan op de argumenten in de motie van Harlinger Belang en GroenLinks.”
“Er hing een onplezierige sfeer van ongenoegen tussen college en raad.”
“Ging het weer om de macht?”
“Als lichaamstaal geluid maakte, had jij veel lawaai gemaakt, Gijs!”
“Het was niet verheffend.”
“Ik heb geen eerste termijn of tweede termijn kunnen ontdekken in de behandeling van de Gezondheidsnota.”
Nou, mijn idee. Ik vond het een waardeloze vergadering.

Noodopvang

Woensdag had ik een lang telefoongesprek met Renee van der Heide, die werkt voor Stichting Vluchtelingenwerk en ook in het bestuur zit van de Stichting Noodopvang Harlingen. We hadden het over de avond “Home for Earth” van vorige week woensdag. En natuurlijk over de toekomst van de noopvang in Harlingen. Uit Den Haag komen via de kranten hoopgevende berichten de laatste dagen. Een oplossing is er echter nog niet vooralsnog. De stichting moet dus zijn werk kunnen blijven doen.

Het bestuur is gereduceerd tot twee mensen, waaronder Renee. Zij zou er wat mij betreft in moeten blijven zitten. Aanvulling van het bestuur is nodig; dit keer liefst niet weer exclusief uit kerkelijke hoek, want alle goede bedoelingen ten spijt, echt zoals bedoeld heeft de stichting niet gefunctioneerd. Dus mensen uit vakbeweging, GroenLinks, PvdA, D66, VVD of andere hoek: laat het horen, als je in dat bestuur wilt.

Ik heb Renee al toegezegd dat ik eventueel bestuurder wil worden. Of dat aanleiding geeft tot belangenverstrengeling met het raadswerk kan ik nu niet overzien. De stichting heeft beloofd verslag uit te brengen, niet alleen aan de Harlinger Raad van Kerken of hoe dat ook heten mag, maar ook aan de gemeenteraad, in wiens opdracht de stichting begonnen is tenslotte!

Tot slot nog dit: er is nog een substantiële geldsom over van het begin 2003 ter beschikking gestelde budget en een woord van lof van Renee voor de wethouder, Jan Sijbenga. Volgens Renee is de samenwerking met hem heel goed verlopen.

Gedicht van Chris Arlman

Als je met griep thuis zit, heb je meer tijd om te schrijven, dat is duidelijk. In de Leeuwarder Courant lees ik, dat de VFG (Vereniging van Friese Gemeenten) besloten heeft, voorlopig geen uitzettingen van vluchtelingen meer te ondersteunen. Eerst moet de minister in Den Haag maar eens met een bevredigende oplossing komen voor alle problemen, die er zijn.
Misschien moeten we het gedicht, dat burgemeester Arlman gisteravond opdroeg aan het eind van de raadsvergadering in dat licht plaatsen. Het ging over het verlenen van gastvrijheid aan de behoeftigen. Aangenaam verrast waren we ermee, maar ook verbaasd. Had het college een jaar geleden al niet verklaard dan wel akkoord te zijn met de wens van de raad om vluchtelingen te ondersteunen, maar dan wel zó, dat het college er part noch deel aan zou hebben?

Maar nogmaals, we waren aangenaam verrast.

Lees verder in deel 32.

Wat is de betekenis van een Raadsprogramma? – Politiek dagboek 30

Tussen 2002 en 2006 had ik vier jaar de eer om voor GroenLinks zitting te hebben in de Gemeenteraad van Harlingen. In februari 2003 begon ik met een weblog op het internet. Ik was één van de eerste gemeenteraadsleden die zoiets deed.
Lees hier de voorgaande aflevering 29.

Herbenoeming Burgemeester

Donderdag 18 december

De “Herbenoemingscommissie Burgemeester” schijnt er uit te zijn. Het ging over de volgende termijn van de burgervader en wat er besproken en besloten is moet voorlopig geheim blijven. Dus mijn fractiegenoot Joop houdt loyaal zijn mond tegen mij, daartoe ongetwijfeld ten strengste geadviseerd door de voorzitter van deze vertrouwenscommissie.
Het zal allemaal wel zorgvuldig en zo zijn op deze manier – het gaat tenslotte over mensen – maar het blijft toch ongelooflijke achterkamertjespolitiek, die benoemde burgemeester….
Bij dit onderwerp deel ik beslist niet de mening van de Tweede Kamerfractie van GroenLinks, die voorlopig nog geen gekozen burgemeester wenst. Gezien het krakkemikkige D66-voorstel geen wonder, trouwens.

Gemeenteraadsvergadering van gisteravond

Het College had duidelijk niet veel behoefte aan ons amendement plus motie voor de Gezondheidsnota. Raadsvoorzitter Burgemeester Arlman zette direct de toon door met verwijten te komen over de indieningsprocedure. Hij had de e-mail niet ontvangen, zei hij.

We hadden het concept per e-mail rondgestuurd aan de adressen in het domein @harlingen.nl, maar dat werkte nog niet zo geweldig, waardoor een groot deel van de adressanten de tekst niet of laat ontving. Ik heb daarvoor namens de indieners van de motie excuses aangeboden en zo hoort dat ook.

Jammer natuurlijk, maar nog vervelender vond ik het, dat het college en een aantal raadsleden hiermee de kans schoon zagen om niet inhoudelijk op de motie in te gaan. Toen er van de bestuurstafel ook nog kwalificaties kwamen als “onverantwoordelijk” en “in elkaar geflanst”, was ik er wel klaar mee. Het pleit voor wethouder Jan Sijbenga, dat hij die laatste woorden op mijn verzoek later weer terugnam. Wouter van den Brand, namens Harlinger Belang  mede-indiener van de motie, werd ook giftig en kwalificeerde een deel van de Nota als “shit”, hetgeen ik nou weer niet zo tactisch vond. Maar Wouter bleef vierkant achter dat oordeel staan en nam zijn woorden niet terug. Maar ja, dat is Wouter…

Door dit gedoe heeft van de andere raadsfracties niemand de moeite genomen om inhoudelijk op onze argumenten in te gaan, op de VVD na dan. Vic Berends, bedankt! Ik was het niet eens met je tekst, maar je nam de motie tenminste serieus.
Stomverbaasd was ik door het verhaal van Wouter de Groot, de PvdA-voorzitter. “We hebben toch in het Raadsprogramma het een en ander opgenomen over gezondheidszaken,” zei hij, “Dus waarom moeten dit nu nog eens bespreken?”. Wouter, het Raadsprogramma bepaalt wanneer we waarover spreken in de raad, het bepaalt niet wat we ervan vinden! Als dat zo was, kunnen we beter na de verkiezingen een raadsprogramma opstellen en daarna vier jaar naar huis gaan.

Goedbedoeld waren de woorden van D66’er Johan Erents, die ons aanraadde om de motie terug te nemen en op een procedurevoorstel van het college in te gaan. Als je echter ooit samen nog eens een krachtige oppositie wilt vormen (daar twijfel ik dan ook aan) kan je dergelijke adviezen mijns inzien beter bewaren tot na de vergadering. Maar Johan bedoelde het goed.

Door dit alles hebben we besloten de indiening van de motie niet door te zetten en we hebben tegen de Gezondheidsnota gestemd. Gelukkig is goed genotuleerd dat de nota beschouwd moet worden als een Startnota. Dat geeft ons in de nabije toekomst de gelegenheid nogmaals terug te komen met onderbouwde argumenten over concretisering van werkdoelen. Misschien wel samen met Mirjam de Klerk van de VVD, die duidelijk verstand heeft van gezondheidszaken en die het betreurde, dat ook zij hoorde bij degenen, die de motie veel te laat hadden ontvangen.
De borrel met hap achteraf smaakten mij niet meer zo goed, dat mag u wel weten.

Lees verder in aflevering 31.

GroenLinks jaarvergadering – Politiek dagboek 29

Tussen 2002 en 2006 had ik vier jaar de eer om voor GroenLinks zitting te hebben in de Gemeenteraad van Harlingen. In februari 2003 begon ik met een weblog op het internet. Ik was één van de eerste gemeenteraadsleden die zoiets deed.
Lees hier de voorgaande aflevering 28.

Jaarvergadering GroenLinks

14 december

Vorige week hield de afdeling Friesland van GrienLinks de jaarvergadering. Enerzijds mooi, dat er zo’n dertig mensen waren komen opdagen, anderzijds jammer, dat de andere 570 Friese leden er niet waren.
Samen met Henk Bijl en Sijvert Oud, Harlinger steunfractieleden, gingen wij er heen. Ik vond het leuk om daar nieuwe mensen te leren kennen. Eén van hen was Adri Verduin, een Noord-Hollander die sinds kort in Hitzum woont. Hij heeft er wel zin in om iets voor GroenLinks te doen en om zich ten behoeve van de afdeling Noordwest-Friesland voor een bestuursfunctie in te zetten. Het is hoog tijd, dat het bestuur Harlingen – Franeker – Waddeneilanden wordt versterkt; door allerlei omstandigheden was het bestuur de laatste tijd uitgedund tot twee actieve mensen, die in hun leven ook nog wel wat anders te doen hebben!
Terug naar de provinciale vergadering. Tijdens zo’n jaarvergadering worden de gebruikelijke zaken geregeld, waaronder de bestuurssamenstelling. De Statenfractie brengt verslag uit van het doen en laten de laatste twaalf maanden.

Na de pauze bespraken we “Vervoer in Friesland”, zowel het transport over de weg als het openbaar vervoer.
Zoals vaker bij GroenLinks verdeelt de argumentatie zich tussen twee denkrichtingen. De ene richting probeert vanuit het GroenLinkse referentiekader mee te denken over voorliggende kwesties en daarmee een politiek en praktisch standpunt te bereiken. Bijvoorbeeld: “Er zijn teveel files rond Leeuwarden en daarom moet de haak er komen”, of “We bevorderen het watertoerisme door een aquaduct in de Jeltesloot aan te leggen”. De andere richting poneert vooral een principiële politieke stellingname en maakt praktische politieke overwegingen daaraan ondergeschikt.
Het principe is hier: “Minder asfalt, meer openbaar vervoer”. Dus niks Haken om Leeuwarden of aquaducten – investeer dat geld maar in de lijn Harlingen – Leeuwarden of in de “Hanze++” spoorverbinding (die het Afsluitdijkspoor bevat).
Voor beide benaderingen is wel iets te zeggen. Maar welke linkse, progressieve partij durft zich tegenwoordig nog harde, controversiële, principiële standpunten te veroorloven? Moeten wij die partij dan maar niet zijn?

15 december

Het vervolgverhaal van de Noodopvang. De Harlinger Stichting Noodopvang Uitgeprocedeerde Vluchtelingen heeft het afgelopen jaar geëvalueerd. Een en ander is niet zonder haken en ogen verlopen. Het bestuur heeft besloten om verslag uit te brengen aan de gemeenteraad en daarbij ook enkele vragen voor te leggen aan de raadsleden.
Hoe moet het verder met financiering en de taakstelling van de stichting? Het bestuur heeft ook versterking nodig, als de noodopvang wordt voortgezet.
Onze afdeling van GroenLinks vindt dat de stichting zijn werk moet blijven kunnen doen (in elk geval totdat staatssecretaris Verdonk en het CDA-VVD-D66-kabinet zich de “C” van christelijk, de “V” van vrijheid en de “D” van democratie en mensenrechten herinneren). GroenLinks zal alles doen om dat voor elkaar te krijgen.
Ik nodig de raadscollega’s uit om zich hierover diepgaand te beraden en uiterlijk in de loop van januari een besluit dienaangaand te nemen.

De Harlinger Courant heeft mijn artikel over de noodopvang geplaatst. Bedankt, redactie!
Naar andere kranten stuurde ik deze tekst ook; zij zijn niet overgegaan tot plaatsing. Misschien was het verhaal ook wel wat te lang, of het voetballen was interessanter, of ik schrijf niet goed genoeg. Gelukkig is er deze week in de kranten veel en goed geschreven over dit onderwerp, dus ik ben niet boos op de Leeuwarder Courant en Friesch Dagblad. Het lijkt er op dat minister Verdonk nog niet klaar is met de VNG, de gemeenten en de provincies.

Lees de volgende aflevering 30.

Asielzoekers, Noodopvang en Pardonregelingen – Politiek dagboek 28

Tussen 2002 en 2006 had ik vier jaar de eer om voor GroenLinks zitting te hebben in de Gemeenteraad van Harlingen. In februari 2003 begon ik met een weblog op het internet. Ik was één van de eerste gemeenteraadsleden die zoiets deed.
Lees hier de voorgaande aflevering 27.

13 december 2003

Het gaat niet goed met Nederland als vluchthaven voor de verworpenen der aarde. Wij hebben het te druk met onszelf. Kil egoïsme grijpt om zich heen. Hierover en over de situatie van uitgeprocedeerde asielzoekers en de noodopvang schreef ik voor lokale en regionale media een artikel.

Asielzoekers, Noodopvang en Pardonregelingen

Vorig jaar stelde de gemeenteraad van Harlingen EU 30.000 ter beschikking van een nieuw op te richten Stichting Noodopvang Uitgeprocedeerde Asielzoekers. Waarom nam de raad dit besluit, dat toch eigenlijk inging tegen het vastgestelde Rijksbeleid ten aanzien van deze kwestie? Hoe is in het voorbije jaar de noodopvang verlopen? In hoeverre heeft het Rijk zijn beleid aangepast? Waar verliepen de dingen goed en waar niet? Moet de raad opnieuw overwegen om de noodopvang van steun te voorzien? Op dergelijke vragen is niet gemakkelijk een antwoord te geven, maar hieronder doe ik toch een poging.

Boze Witmarsumers

De directe aanleiding tot het bespreken van dit onderwerp was een e-mail van een boze Witmarsumer. Hij wilde de uitzetting van een Angolees gezin bij mij onder de aandacht brengen. Het verhaal is niet nieuw: de Angolees is uitgeprocedeerd, hij kan en mag nog in hoger beroep gaan. Echter, de Staat vindt, dat hij die procedure dan maar vanuit zijn eigen land moet voeren en stopt de ondersteuning. Het AZC te Harlingen zet de asielzoeker daarom op straat, met zijn gezin. Het bestaat uit moeder en twee kleuters. Waarom gaat deze man niet naar huis? Als hij meewerkt aan terugkeer, geeft het Rijk toch alle medewerking? En waar hij die niet krijgt, kan de Stichting Noodopvang toch inspringen? De Angolees: “Ik krijg de kogel, zodra de Angolese autoriteiten merken, dat ik terug ben. Ik ga echt niet meewerken aan mijn eigen doodvonnis!”. Berust zijn verhaal op waarheid? Dat kan ik als eenvoudig gemeenteraadslid natuurlijk niet beoordelen. Ik moet vertrouwen op zijn woorden en op de inschatting die zijn begeleiders daarvan hebben gemaakt. Deze mensen ken ik al een tijdje. Zij zijn buitengewoon begaan met het lot van deze groep mensen, die overal tussen wal en schip valt. Ze doen veel meer dan menselijkerwijs van wie dan ook verwacht kan worden en steken geregeld hun nek uit. Ik heb daar heel veel respect voor.

Gemeente Wonseradeel

Ook ditmaal kiezen de Witmarsumers voor de zwakste partij. Ze vangen het gezin op in het voormalige AZC van Witmarsum. Dit centrum wordt uit deels ideële motieven nog steeds voor een vriendenprijs ter beschikking gesteld aan de noodopvang. Voorlopig wordt de noodopvang gefinancierd voor de duur van één week. De gemeente Wonseradeel betaalt de kosten. Ik vraag aan Karel Helder, PvdA-wethouder in deze gemeente, waarom hij dat doet. “Puur uit humanitaire overwegingen,” verklaart hij. “We willen in onze gemeente geen moeders en kinderen op straat hebben. Als dat door het rijksbeleid toch voorkomt, springen wij in.” Hij wil daarbij wel benadrukken, dat de financiering van de opvang beperkt is. Ten eerste, omdat het gezin uit het Harlinger AZC afkomstig is. Harlingen moet maar voor zijn eigen uitgezette ingezetenen zorg dragen! Ten tweede, omdat Helder vindt, dat opvang niet tot in het oneindige moet duren; dat is niet de taak van een gemeente en er zijn geen middelen voor.

Is er wel een toekomst?

Wat is dan het toekomstperspectief voor mensen zoals deze Angolezen? De Wonseradeelse noodopvangers hopen op bijstelling van de huidige asielregelingen, zoals bijvoorbeeld een pardon voor uitgeprocedeerden, dat ruimhartiger is dan nu. Of zorgvuldiger juridische procedures, zodat mensen niet meer het gevoel hoeven te hebben, dat zij de dood worden ingejaagd, als zij teruggaan naar hun land van herkomst. Of uitzicht op een spoedige positieve uitspraak in een beroepsprocedure. Of, als er dan een strak terugkeerbeleid nodig is, een betere en zorgvuldiger begeleiding, waarbij de mensen niet aan hun lot worden overgelaten.

Stichting Noodopvang Harlingen

De e-mail uit Witmarsum verwijt de Harlinger Stichting voor Noodopvang, dat zij hulp aan de Angolees heeft geweigerd. Ik besloot ik mijn licht op te steken bij het bestuur van de stichting. Niet elk bestuurslid kan mij voldoende op de hoogte brengen. Sommigen onder hen blijken inmiddels geen bestuurslid meer te zijn. Ook is men het onderling niet eens over het beleid. Ik kom toch verschillende dingen te weten. Het budget dat de gemeenteraad vorig jaar ter beschikking stelde is bijna opgesoupeerd. Dat had mede te maken met het type noodopvang, dat de stichting kon verschaffen. Veel woonruimte was voor dit doel niet beschikbaar. De gemeente noch de Woningstichting waren bereid of in staat om tijdelijke wisselwoningen in te zetten. Daarom is er veelvuldig gebruik gemaakt van semi-commerciële opvangadressen, zoals pensions. Daar zit een prijskaartje aan. Veel medewerking van het gemeentebestuur is er niet geweest. Zoals wethouder Jan Sijbenga al aangaf, toen de raad het budget ter beschikking stelde: “Als de raad het nodig vindt om dit te steunen, vind ik het prima als de stichting dit budget gebruikt voor noodopvang. Maar wij willen er als gemeentebestuur niets mee te maken hebben. De opvang strookt niet met het Rijksbeleid en daar willen wij als plaatselijke bestuurders niet tegen in gaan.” De stichting heeft niet alle aanvragen gehonoreerd; ook niet die van het al genoemde Angolese gezin. Bij de oprichting heeft de stichting in opdracht van de raad een aantal criteria in de statuten opgenomen. Deze voorwaarden bepaalden wie er wel en wie er niet voor noodhulp in aanmerking zou moeten komen Volgens één van die criteria moet de hulpvrager actief meewerken aan terugkeer. De Angolees wil of kan er duidelijk niet aan voldoen, omdat hij bang is om in Angola tegen de muur gezet te worden. Sneu, maar dan houdt het op voor de stichting.

Pardon te beperkt?

Het Angolese gezin staat nog steeds op straat, sinds zaterdag jongstleden. In de Harlinger opvangstichting gaf de kwestie aanleiding tot meningsverschillen. Hoe verder? De stichting is er nog niet uit; die moet eerst intern op één lijn zien te komen. De Witmarsumers, met hun eigen netwerk van hulpbronnen op het terrein van huisvesting en financiering, gaan intussen gewoon verder. Ik heb hen gevraagd waar zij nog een toekomst zien voor de noodopvang in het algemeen en voor deze mensen in het bijzonder. “In Den Haag begint men langzamerhand in te zien, dat het zo ook niet langer kan,” zegt een woordvoerder. De praktijk is weerbarstig. De minister gaf een humanitair pardon aan 2.200 mensen, die al langer dan vijf jaar in Nederland zijn. Er is een grote groep asielzoekers, die hiervoor niet in aanmerking is gekomen. Van hen verwacht de minister, dat zij het land verlaten. Echter, hierbij zijn al zoveel problemen opgetreden, dat de regeling op deze manier niet te handhaven is. Daarbij moet je niet alleen denken aan mensen, die vrezen voor hun leven, als zij terugkeren naar hun eigen land. Ook bijvoorbeeld aan de twee volledig vernederlandste meisjes die vorige week in “Kopspijkers” optraden. Wat hebben zij na 10 jaar in ons land te zoeken in China of Iran? De woordvoerder uit Witmarsum: “Op den duur zal men ertoe over moeten gaan ook deze mensen in een pardonregeling op te nemen. Tot dat moment proberen wij gezinnen zoals deze van de straat en in Nederland te houden.”

Morele moed dient beloond

Een moedige opstelling, die wel een grote verantwoordelijkheid laadt op de schouders van de opvangers. Want de hulpvragers in kwestie zitten in een patsituatie en kunnen niets anders doen dan vertrouwen op hun hulpverleners. Alleen al om deze reden verdient iedereen die zich inzet voor noodopvang steun van de gemeentelijke politiek: niet alleen nemen deze mensen een dure morele plicht over van het gemeentebestuur, ook vrijwaren zij de samenleving van daklozen die slapen onder de gemeentelijke bruggen. Voorts mogen we het beginsel van collegiaal bestuur niet vergeten. Indien Harlingen geen verantwoordelijkheid aanvaardt voor haar ingezetenen – dakloos of niet – wordt het probleem automatisch doorverwezen naar buurgemeenten als Wonseradeel en naar de grote steden. Daar heeft men al problemen genoeg! Reden te meer, om ook intergemeentelijk te onderzoeken of het noodzakelijk is om beleid met elkaar af te stemmen.

Voortzetten van de Noodopvang

Ik heb het hierboven al gezegd. Over één ding kan men het eens zijn: de manier waarop het kabinet Balkenende II het probleem nu heeft aangepakt heeft geleid tot nog meer onduidelijkheden en menselijke ellende. In vorige kabinetsperiodes is een en ander niet goed verlopen, dat is duidelijk. Vele mensen zijn toegelaten in ons land en vervolgens jarenlang in onzekerheid gelaten over hun verblijfsstatus. Het Rijk dient deze fout zo snel mogelijk te herstellen. Het huidige rijksbeleid verwacht dat velen van hen nu op eigen kracht naar hun land van herkomst afreizen. In de praktijk stuurt het beleid mensen de straat op. De lokale samenleving zit vervolgens met de brokken. De Witmarsumers wachten terecht op aanpassing en verbreding van de pardonregeling. Tot het zover is, zouden ook gemeentebesturen hun verantwoordelijkheid jegens deze mensen moeten beseffen. Deze verantwoordelijkheid kan op vier manieren handen en voeten krijgen.. Ten eerste, waar nodig moeten gemeenteraden noodopvangorganisaties in staat stellen hun werk nog een tijdje voort te zetten. Ten tweede zou de gemeentelijke politiek er voor moeten zorgen, dat de financiering van dit werk nog enige tijd gewaarborgd blijft. In het verlengde hiervan ligt de noodzaak om de criteria voor het al dan niet opvangen van dakloze asielzoekers niet teveel aan te scherpen of in gevallen van humanitaire aard juist te versoepelen. Ten derde zouden de korpsbeheerders niet moeten toestaan, dat de politie mensen op straat zet zonder dat er een vervolgtraject geregeld is. Een vierde verzoek aan de raden en hun fracties is het verhogen van de druk op hun collega’s in de Tweede Kamer, met als doel het bereiken van een duidelijke, menselijke en afdoende regeling voor de enkele duizenden uitgeprocedeerde asielzoekers, die tot nog toe buiten de pardonregeling zijn gevallen.

Lees verder in de volgende aflevering 29.

 

Alweer windmolenbeleid – Politiek dagboek 27

Tussen 2002 en 2006 had ik vier jaar de eer om voor GroenLinks zitting te hebben in de Gemeenteraad van Harlingen. In februari 2003 begon ik met een weblog op het internet. Ik was één van de eerste gemeenteraadsleden die zoiets deed.
Lees hier de voorgaande aflevering 26.

Aanvullende notitie windmolens

9 december

Alsof het onderwerp nog niet voldoende was uitgekauwd, bespraken we in de commissie de aanvullende notitie van het college over het windmolenbeleid. Zoals dat beleid er nu uitziet, vinden wij het heel aanvaardbaar; de argumenten over doelen en plaatsbepaling spreken ons wel aan. Zo hebben we het ook gezegd tijdens de behandeling van dit agendapunt. We hebben aan het eind van onze eerste termijn gevraagd, wanneer de bekende initiatieven voor daadwerkelijke aanleg van windturbineparken aan de raad worden voorgelegd (dat moet, in verband met artikel 19-procedures). Tot mijn grote verbazing antwoordde wethouder Jan Sijbenga: “Dat kan nog wel een hele tijd duren.”
Ik was zo met stomheid geslagen, dat ik even geen weerwoord had. Moet ik nog op oefenen. Maar gelukkig had mijn directe buurman Wouter van den Brand van Harlinger Belang dat weerwoord wél en vroeg hij erop door. De initiatieven zijn toch bekend en de mensen die er mee bezig zijn wachten toch al een hele tijd op een uitspraak van de raad? Uiteindelijk blijkt het erg mee te vallen; als definitieve vergunningaanvragen dezer dagen bij de afdeling op het bureau liggen, wordt er direct van start gegaan met de behandeling. Dat is goed nieuws.

Laptop meezeulen

De afdeling automatisering van de gemeente heeft de raadsleden een nieuw emailadres gegeven, dat eindigt op @harlingen.nl. Het adres gijsvanhesteren@hotmail.com is het mijne. Wel zo overzichtelijk voor de bevolking. Het nadeel is wel, dat ik de post alleen op kan halen met behulp van de computer, die systeembeheer daartoe ter beschikking heeft gesteld.
Ik heb nogal veel emailadressen in gebruik voor werk, bedrijf, privé en politiek. Deze post kan ik ophalen via allerlei andere computers, desnoods op alle plekken ter wereld. Vind ik toch wel handig. Tja, zegt de beheerder, vanwege de beveiliging kunnen we er niet aan beginnen iedereen wachtwoorden en dergelijke te geven.”
Je moet raadsleden (het hoogste orgaan van de gemeente) ook niet te veel vertrouwen…
Nu ben ik genoopt, die laptop van de gemeente overal mee naar toe te sjouwen, tenminste, als ik prijs stel op het lezen van de email.

Voetballen in Groot-Ropens

Als aanhangsel bij een steunbetuiging inzake de spoorlijn krijg ik een vraag van een jongere uit Groot-Ropens. Ze zouden zo graag weer een voetbalgoaltje willen hebben.
Dat er in Groot Ropens een voetbalgoal verdwenen is wisten we niet. Als gemeenteraad mogen we ons officieel niet bemoeien met praktische zaken zoals speeltuinen en trapveldjes en dergelijke. Daar horen ambtenaren en wethouders mee bezig te zijn. Wij moeten controleren of ze dat goed doen.

Dat wil niet zeggen, dat we geen navraag zouden willen doen over die voetbalgoal bij de verantwoordelijke ambtenaar of wethouder. Als iemand uit de gemeenteraad dat doet, wil dat nog wel eens helpen. Dat hebben we dan ook gedaan.

Met de Dienst Openbare Werken van de gemeente heb ik besproken wat er zou kunnen worden gedaan aan die doelpaaltjes. In principe is er geen bezwaar tegen het plaatsen en er is ook gewoon geld voor beschikbaar. Dat kan aangevraagd worden en besteed worden in overleg met de wijkvereniging. Waar het tot nu toe op is gestrand, is de mankracht. De wijkvereniging heeft die mankracht momenteel niet zelf beschikbaar.

Het beleid van de gemeente is: de buurt moet het aanleggen van een voorziening zelf organiseren en als het er eenmaal staat, ook zelf onderhouden. Dat alles lijkt mij voor een goaltje niet zo ingewikkeld. Het lijkt mij het beste, dat de jongeren als
initiatiefnemers zelf contact opnemen met de wijkvereniging. De kosten hoeven geen probleem te zijn en de verantwoordelijkheid voor plaatsen en onderhoud nemen de jongeren zelf. Dan is het ’t snelst geregeld. Dit verhaal heb ik teruggestuurd naar Ropens.

Lees verder in aflevering 28.

Gezondheidsnota 2003-2006 – Politiek dagboek 26

Tussen 2002 en 2006 had ik vier jaar de eer om voor GroenLinks zitting te hebben in de Gemeenteraad van Harlingen. In februari 2003 begon ik met een weblog op het internet. Ik was één van de eerste gemeenteraadsleden die zoiets deed.
Lees hier de voorgaande aflevering 25.

Potentiële psychosomatische problematiek

7 december

De dinsdag hebben we besteed aan de voorbereiding van de commissievergadering. Met name de Gezondheidsnota 2003-2006 behoefde aandacht. De Gezondheidsnota lijkt zonder veel inspiratie gekopieerd te zijn van het VNG-sjabloon en daar had zeker wat meer in geconcretiseerd moeten worden.
Woensdagmorgen zat ik samen met steunfractielid Henk Bijl, die verstand heeft van gezondheidszorg (Henk is jeugdarts), om de tafel om een en ander nog eens goed te bespreken. Ook een ander fractielid, Grieke van Kranenburg, psychologe, stuurt mij per email opbouwend commentaar.

Hier onze mening, zoals we die ongeveer naar voren brachten in de commissievergadering van 3 december 2003.

We hebben deze nota vergeleken met die van de provinciale GGD en met de voorbeeldnota van de VNG. We herkennen veel van deze documenten terug in deze gemeentelijke nota. Daar is niets op tegen, maar wel hadden we in deze tekst meer aandacht gewenst voor de specifieke Harlinger situatie. Dat past ook bij de eisen die aan dergelijke nota’s gesteld behoren te kunnen worden: Specifiek, meetbaar, accepteerbaar, realistisch en tijdsgebonden. Dat zou zich kunnen vertalen in meer gerichte en concrete beleidsmaatregelen, met prioritering.
Over enkele aandachtspunten die toch als bekend mogen worden verondersteld vinden we niets of niet veel concreets terug in de nota.

Eén aandachtspunt:
Wat men noemt de “potentiële psychosomatische problematiek” onder jongeren bedraagt in de regio Harlingen-Franeker niet minder dan 58%. Verreweg het hoogste percentage in Friesland. Contact met de provinciale GGD leert ons, dat het overgrote deel van dit percentage terug te voeren valt op onze gemeente. Over omvang en ernst van het probleem hoeven we dus niet te discussiëren. Ook over het effect op de samenleving van dit verschijnsel kan iedereen zich wel iets voorstellen. Welke maatregelen zouden wij concreet kunnen nemen hiervoor? Wanneer daarmee aan te vangen? Welk effect zouden wij hiervan moeten en kunnen verwachten? Hoe meten wij deze effecten? Wanneer gaan wij die effecten meten? Deze vragen en de antwoorden die daarbij horen vinden we niet voldoende terug in de gezondheidsnota.

Drugsgebruik onder jongeren

Een tweede punt dat in onze ogen te weinig aandacht heeft gekregen: het drugsgebruik onder de jongeren. Minder goed meetbaar dan het vorige probleem; maar net zo bekend en als wij mogen afgaan op de uitlatingen van de politiewoordvoerster tijdens het recente overleg tussen raad en politie, heeft de drugsproblematiek in Harlingen prioriteit nummer 1! We vinden, dat in een gezondheidsnota meer aandacht hiervoor moet worden gegeven, met name aan concrete maatregelen in dit veld, die verder gaan dan het doen van onderzoek, het monitoren van bestaande situaties of het uitbesteden aan de GGD. Dat zou dan ook beter stroken met de praktijk in het merendeel van de Nederlandse gemeenten: bij bijna 89 % is het ‘genotmiddelengebruik’ het meest genoemde thema in gezondheidsnota’s. Bij te nemen maatregelen denken we aan voorlichtingsprogramma’s en -projecten op scholen en in verenigingen, adviezen op maat via internet en andere media en opvoedingsondersteuning.

Een derde punt: de gevolgen voor de volksgezondheid van sociaal-economische problematiek. Die vertalen zich in problemen met budgettering, met de dagelijkse voeding, met lichaamsbeweging, met geweld binnen het gezin, en wederom het al genoemde genotmiddelengebruik. Er zijn gemeenten die cursussen aanbieden over budgettering, over ‘opvoeding doe je zó’, ontbijtprojecten op basisscholen. We noemen ze nu niet allemaal. Een ding nog, er zijn gemeenten die budgetten reserveren voor begeleiding van ziekteverzuim of voor opvoedingsondersteuning i.v.m. huiselijk geweld. Dit komt vaak neer op maatwerk, maatwerk die ook ingekocht kan worden! Bijvoorbeeld bij GGD of JGZ.

Volgende aflevering 27.

Spoorlijn moet blijven – Politiek dagboek 25

Tussen 2002 en 2006 had ik vier jaar de eer om voor GroenLinks zitting te hebben in de Gemeenteraad van Harlingen. In februari 2003 begon ik met een weblog op het internet. Ik was één van de eerste gemeenteraadsleden die zoiets deed.
Lees hier de voorgaande aflevering 24.

Burgemeester Chris Arlman uit zijn zorgen over de provinciale spoorlijnplannen bij Commissaris van de Koningin Ed Nijpels. (Foto: Inge van Hesteren)
Burgemeester Chris Arlman uit zijn zorgen over de provinciale spoorlijnplannen bij Commissaris van de Koningin Ed Nijpels. (Foto: Inge van Hesteren)

Maandag 24 november

Ons college van B & W wordt een actiegroep, die demonstratief naar de provinciehoofdstad afreist om daar te vertellen wat men vindt van het gepraat over de opheffing van de spoorlijn Harlingen-Leeuwarden. Wij gaan mee!

Uit het persbericht van het college:

B&W van Harlingen vergaderen op het spoor

Het college van Burgemeester en Wethouders van Harlingen houdt dinsdagmiddag 25 november 2003 een bijzondere collegevergadering in de trein Harlingen-Leeuwarden, (...) over het behoud van deze spoorlijn voor de regio Noordwest Fryslân.

U bent van harte welkom om mee te reizen met het college. Men vertrekt om 15.01 uur vanaf het station Harlingen Haven. Het college zal voor dat men instapt de handtekeningactie voor het behoud van de spoorlijn van de heer Loek van der Heide ondertekenen.

De trein komt om 15.28 uur aan op het station van Leeuwarden. Het Harlinger college zal vandaar naar het Provinciehuis aan de Tweebaksmarkt lopen. Om 15.45 uur zal men een brief overhandigen aan de tien fractievoorzitters en de voorzitter van de Staten. In die brief geeft het gemeentebestuur van Harlingen zijn mening over het mogelijk opheffen van het spoor tussen Harlingen en Leeuwarden.

Bron: Gemeentevoorlichter Harlingen

Ons college van B & W werd actievoerder! Arlman, Sijbenga en Waaijer vonden het welletjes, dat gesol met de spoorlijn Harlingen-Leeuwarden. Die moet blijven, zeggen zij. Dat hebben ze kracht bijgezet met een persoonlijk bezoek aan het presidium van de Staten van Friesland. Ed Nijpels hoorde Arlman aan en nam een brief aan, waarin nog eens om voorzichtigheid wordt verzocht. Wat er nu is, kan zomaar verdwijnen. Terug komt die lijn niet meer zo gemakkelijk! Wij zijn heel blij met deze actieve opstelling en gingen mee.

Inge, Sijvert en ik waren als GroenLinks-delegatie mee met de collegetreintocht naar het provinciehuis. Van GroenLinks was verder ook Oene Hofman er bij. Een goede afvaardiging, zo met z’n vieren! Er waren ook raadsleden mee van andere fracties. Vic Berends (VVD), Wouter van den Brand (Harlinger Belang), Sita Helfrich, Jilles Toornstra (beiden PvdA), Douwe ten Napel, Gerben Boskma (beiden CDA). En natuurlijk collegeleden Chris Arlman, Jan Sijbenga en Piet Waaijer. Plus voorlichter Tymen-Hein Corporaal en secretaris Harinxma.

Het College van B & W vergadert o[p het treinperron. (Foto: Inge van Hesteren)
Het College van B & W vergadert op het treinperron. In beeld onder meer en v.l.n.r. Chris Arlman (met handtekeningenformulier in de hand), voorlichter Corporaal, Jilles Toornstra, Loek van der Heide. (Foto: Inge van Hesteren)
Inge werd zeer geïnspireerd van dit alles (ze is een ouwe actievoerder), maakte foto’s, en heeft me gek gemaakt om een handtekenlijst op de site te zetten om down te loaden of om digitaal te ondertekenen.
We hadden dus bedacht, dat college en Loek best wat hulp kunnen gebruiken, zeker gezien het karakter van deze aktie, waar je als groenlinkser alleen maar erg vóór kan zijn. Daarom hebben we het mogelijk gemaakt dat je digitaal mee kan ondertekenen en ook dat je handtekeninglijsten kan downloaden.

Donderdag 27 november

Nog maar 32 uur staat het actieformulier voor behoud spoorlijn op het internet, toch al veertig steunbetuigingen ontvangen! Dat gaat niet slecht. Voor wie het nog niet heeft gedaan: vul online het formulier in door hier te klikken.

Vandaag stond in de Leeuwarder Courant een voorpagina-artikel over de kwestie. De LC zegt dat het nog wel even meevalt, maar wie goed leest weet dat de discussie later weer terugkomt in de Provinciale Staten en dat het college van gedeputeerden er verdeeld over is. Alle reden dus, om het hoofd nog even niet in de schoot te leggen.

Vrijdag 28 november

Op deze manier gaat het nog een hoop tijd kosten, als we niet uitkijken… Niet alleen komen er veel steunbetuigingen binnen, vele mensen hebben ook een commentaar toegevoegd, dat vaak heel zinnig is en waar je iets mee zou moeten doen.

Voorlopig laten we het even gebeuren. Morgen gaan we in Franeker om handtekeningen vragen aan het winkelend publiek. Franeker wilde toch af van de spoorlijn? Nu maar eens horen of de bevolking dat echt vindt!

Zaterdag 29 november

Met Oene Hofman en Loek van der Heide naar Franeker. Men beweert, dat de mensen uit Franeker die spoorlijn wel kwijt willen, want dan kunnen ze verder met hun brug, hun rondweg en hun industrieterrein. Dat wilden wij wel eens toetsen.

Maandag 1 december

Omroep Mercurius, de lokale omroep uit Leeuwarden, belt mij op om meer te horen over de spoorlijnactie. Je krijgt in zo’n vraaggesprek maar weinig kans en tijd om er iets over te zeggen, maar de dame die me ondervraagt is in elk geval ook hevig begaan met de bedreigde treinverbinding. Het lukt me daarna nog net, om het krediet voor de actie nog even aan Loek van der Heide te geven.

Zaterdag 6 december

Het handtekeningenformulier is een aantal malen gedownload vanaf de GroenLinks-site; wat het resultaat daarvan is moeten we maar afwachten. Van mijn dochter Wies hoor ik wel, dat er in de supermarkt in Franeker lijsten klaarliggen.

We hebben alles bij elkaar vrij veel tijd gestoken in die spoorlijnactie. Het college gaf het goede voorbeeld en Loek ook. Hij ploeterde maar voort in z’n eentje en daarom vonden we dat hij wel wat hulp kon gebruiken. De internetbenadering werpt vruchten af voor de goede zaak en – een beetje eigenbelang – het trekt ook veel meer bezoekers naar onze afdelingswebsite, zodat ik deze weblog ook eens onder een wat breder publiek kan brengen.

Lees hier aflevering 25.