Dagelijks archief: 12 februari 2010

Draadloos nieuwe norm in binnensteden?

Marieke Kokxhoorn van Eurogroup Consulting schreef een weblog over wifi hotspots, draadloos internet op publieke plekken. Een citaat: "Critici zijn het erover eens: De WiFi hotspot is niet hot en staat dezelfde treurige toekomst te wachten als de telefooncel. Aanbieders worden van hun geïnstalleerde openbare hotspots allesbehalve rijk. In Amerika trekken publieke WiFi aanbieders zich terug uit de markt en ook in Nederland zijn de marges laag, aldus de experts. Mobiele internetters hebben geen WiFi nodig; zij maken immers steeds meer gebruik van UMTS."

Dat is de voorzet, maar iets verderop realiseert ook Marieke zich, dat er meer kanten aan de zaak zitten. Dat is ook te verwachten, want zij was maandenlang projectleider van het project Beleef Dokkum 3D Online, waarover ik al veel vaker heb geschreven. Ik ga nog even door met citeren: "In hotels, restaurants en op campings wordt het aanbieden van gratis WiFi tegenwoordig als een norm beschouwd. Vergelijkbaar met airconditioning in een hotel, of een zwembad op een camping."

Het draadloze netwerk in Dokkum probeert aan die norm meer inhoud te geven. Geen camping of andere slaapaccommodatie, maar een hele binnenstad. Waarom investeren wij daarin? Marieke: "Wat drijft overheden en ondernemers tot deze toch wel behoorlijke investeringen als je je vraagtekens kan zetten bij de winstgevendheid ervan? Zijn consumenten nog bereid te betalen voor hun internetverbinding? Is WiFi over 5 jaar nog steeds de standaard of moeten alle toch wel kostbare netwerken dan vervangen worden door een nieuwe technologie?"

Hoezo dan Wifi?

Goeie vragen allemaal, die ik me aantrek, als penvoerder van het genoemde Dokkumse project. Ik zocht naar antwoorden en ik vond er een vijftal.

Ten eerste: hoeveel capaciteit heeft het, concurrerende, mobiele internet van telecomaanbieders als KPN, Vodafone, T-Mobile? Kan dat wel een antwoord geven op de sterk toenemende vraag naar bandbreedte? Daar ben ik nog niet zo zeker van. De gebruikte technolgie kent grenzen.

Verder. Een Wifinetwerk zoals wij dat in Dokkum bouwden is zelf niet het doel, maar een middel. Anders dus dan bij mobiel internet via het telefoonnetwerk. We willen naast internet gratis relevante informatie bieden over de omgeving, via een speciaal ontwikkelde pushpagina.

Een derde punt: Wifi is een zich voortdurend ontwikkelende technologie. Okee, GSM – GPRS – UMTS – HDSPA ontwikkelen zich ook, maar ik heb het gevoel dat het tempo erg verschilt. De bandbreedtecapaciteit van op 802.11 gebaseerde netwerken groeit veel harder dan die van de telecominfrastructuren. De variant 802.11g biet nu al een snelheid van 100mbs.

Het verdienmodel moet je bij wifi niet zoeken in de exploitatie van het netwerk, maar in het verlenen van diensten. Misschien moeten de dienstverleners wel betalen, in plaats van de gebruikers. Gezien de huidige ontwikkelingen rond het internetgebruik lijkt me dat de juiste benadering. Wie betaalt er nog voor internetproducten?

Tot slot: vooral een lokaal wifinetwerk leent zich erg goed voor het aanbieden van lokale content; dat is bij bovenregionale en nationale netwerken toch heel anders. Juist dat maakt een wifi stadsnetwerk tot een goed en vernieuwend middel.

Deze antwoorden zullen ook ten grondslag liggen aan andere initiatieven voor stadsnetwerken, zoals in Groningen, Leeuwarden, Sneek, Leiden, Eindhoven, Rotterdam, Antwerpen, Brugge (steden die me  nu even te binnen schieten).

Meer over Beleef Dokkum en Wifi

Het weblog van Marieke Kokxhoorn:
De Wifi hotspot; telefooncel of airconditioning

Eendracht of verdeeldheid in NO-Friesland

WZW-conferentie leidt nog niet direct tot Sociaal masterplan

Gistermiddag vond dan eindelijk de WZW-conferentie plaats, in zalencentrum de IJsherberg in het pittoreske Friese stadje Dokkum. ‘WZW’, dat is een afkorting voor ‘Wonen, Zorg en Welzijn’. Een werkgroep met die naam is anderhalf jaar aan het werk geweest om dit voor te bereiden. Projectleider Nicolette de Heij trok de kar. De woningcorporaties maakten het financieel mogelijk.

Sinds heel kort zijn de twee grootste corporaties in Noordoost-Friesland gefuseerd; het nieuwe bedrijf heet nu Thús Wonen‘. Thus Wonen maakt zich zorgen: over de ontwikkelingen op het platteland die eraan komen: krimp, vergrijzing, ontgroening, leegstand, spookdorpen, verdwijnen van maakindustrie en landbouw, afnemende mobiliteit.

Mijn collega Anja Paap en waren er bij gisteren, als deelnemers, maar ook om een demonstratie te geven van ‘Zorg op Afstand’, beeldcontact tussen thuiszorgklanten en de Zorgcentrale van Thuiszorg Het Friese Land. Een demo, vooral bedoeld als ontspannend intermezzo.

Vergaderen in de IJsherberg met WZW-club. Foto: © Kabel Noord, Gijs van Hesteren

Beslissers

De werkgroep slaagde erin om meer dan twintig ‘beslissers’ uit de sector Wonen, Zorg & Welzijn bijeen te brengen bij deze conferentie. Alle kopstukken die over dit onderwerp iets te zeggen hebben in Noordoost-Friesland waren erbij. Directeuren, managers, wethouders, voorzitters, medici, beleidsambtenaren en adviseurs, aangevuld door notulistes en een innovator.

Wat moest eruit komen? De agenda van de vergadering was daarover een tikje onduidelijk, vonden collega Anja Paap en ik. Maar wij namen deel aan de voorbereidende werkgroep, dus wie waren wij om commentaar te geven? In grote lijnen zochten de woningcorporatie en de voorbereidende partners naar eenstemmigheid omtrent de ontwikkelingen de komende tien, twintig jaar. Die partners waren hoofdzakelijk marktpartijen en dienstenaanbieders. Ik doe een greep en noem naast de woningclub de thuiszorg in brede zin, het ziekenhuis, intramurale zorginstellingen, het welzijnswerk, geestelijke gezondheidszorg, reïntegratiebureaus en niet te vergeten Kabel Noord en NijFinster.

Discussie over krimp



Iemand sprak over ‘georganiseerde krimp’. Inderdaad, Thus Wonen durft daarin te investeren. Regie & commitment. Wie doet mee? Discussie.

“Is krimp wel zo’n dramatisch probleem,” vroeg een zorgbestuurder zich af. “Mijn organisatie kon de maatschaappelijke veranderingen – ook als die uit Den Haag kwamen – de laatste paar jaren soepel opvangen.”
Een andere bestuurder vond brede afstemming met zoveel branchegenoten wel boeiend, maar hij vond dat het veel tijd kostte. In handige één-tweetjes konden de zaken wat hem betreft ook prima geregeld worden.

Voor zorgorganisatie was er misschien geen probleem, voor de samenleving echter wel degelijk. Daarover ga ik hier niet verder uitweiden. Wat me echter wel stoorde, was de hierboven omschreven houding. Een heel ander geluid en geen ruggesteun voor de ondergeschikten die vanuit dezelfde organisaties veel energie in de voorbereidende werkgroep hadden gestoken.

Juist dit gebrek aan wil tot kijken buiten de eigen winkel en tot samenwerken speelt de regio al jaren parten. In mijn blogpostings schreef ik al eens: “Noorderlingen houden wel van samenwerken, maar ze weten vaak niet hoe”. Misschien moet ik dat wel aanvullen met “Ze vinden het ook wel best zo”.

Sociaal Masterplan

Als deelnemer aan de vergadering zonder enige beslissingsbevoegdheid heb ik kort het woord veroverd. Ik heb gewezen op het Masterplan voor Noordoost-Friesland, dat nu in ontwikkeling is vanuit de “Gouden Driehoek” van de “Drie ‘O’s”. Vertegenwoordigers van Onderwijs, Overheid en Ondernemers bouwen aan een vooral economisch ingevuld plan. Waarom zouden de mensen die hier vandaag bijeen zitten niet een Masterplan voor Wonen, Zorg en  Welzijn gaan bouwen? Het is helemaal niet erg als de belangen soms uiteen lopen, maar werk samen waar je meerwaarde kan scheppen!

Tot tien minuten voor de afsluiting van de dag bleef het spannend. Zou dit het begin worden van daadwerkelijke, actieve samenwerking of zou dit een praatclub blijven? Helaas waren er na de pauze te weinig beslissers vanuit de gemeenten overgebleven om de balans naar de (mijns inziens) juiste kant te laten overhellen – áls de gemeenten al zoveel eensgezindheid hadden kunnen opbrengen om een gezamenlijk geluid te laten horen. De wethouder van de gemeente Dantumadeel wilde wel mee in het verhaal, maar in haar eentje kon ze de stemming niet ombuigen. Tja, NOFA is een gepasseerd station, alleen waar nog opportunistisch voordeel te halen valt wordt nog samengewerkt.

Ik denk dat de voorbereidende werkgroep WZW een duidelijker einddoel voor de conferentie had moeten formuleren. Eigen schuld, ik zat mee aan tafel. Nu bleef het einddoel erg vaag, zodat het uiteindelijke besluit neerkwam op:  “Verslag van deze conferentie verwerken in het projectplan en dat voorleggen aan de vier Noordoostfriese gemeenten”. Tja, als dat alles is?

Erg  jammer, nu dreigt dit initiatief een voorbeeld te worden van een ‘markt’ die wel wil samenwerken, maar dat niet kan, terwijl een lokale overheid, die de regie moet nemen, het laat afweten.

Het glas is nooit half leeg, het is altijd half vol

Wat is er wel bereikt? Leidende partijen die het bestaan van een gezamenlijk probleem erkennen, die een gevoel van urgentie delen, want ze wáren er. Partijen die na afloop zeiden: "We gaan tóch door, desnoods alleen met elkaar!"
Dat is óók een soort begin, misschien.

Afsluitend: met de beeldtelefoons van NijFinster gaven Anja en ik een buitengewoon leuke demo van Zorg op Afstand aan de beslissers van de regio. Laten we toch een stuk van die plattelandsproblematiek tekkelen met ICT!

Meer over platteland

Een stuk vrolijker ben ik alweer in mijn blog van 21 februariL
Eendracht of Verdeeldheid II