Maandelijks archief: april 2010

Memory Lane

Daar zaten zij dan, mijn hoogbejaarde ouders, in het huis waar zij bijna drie decennia hadden geleefd. Een paradijsje in de Franse Provence, tussen Alpes Maritimes en de Middellandse Zee. Maar het ging niet meer. Thuiszorg is toch anders, in Frankrijk en het reizen vraagt teveel. Nu wonen zij prettiger, in een Amsterdamse verzorgingsflat.

Maar nog één keer gingen zij naar het Provençaalse dorpje, om afscheid te nemen van de buren, van hun huis, en om hun spulletjes te doen verhuizen naar Nederland. Kleindochter Wies reed hen er naar toe, met de auto die ze zelf niet meer durfden te besturen. Zij nam na een dag of tien het vliegtuig terug naar Nederland en ik loste haar af. Als zoon van mijn ouders, als chauffeur en als thuiszorgmedewerker.

Scrabble met mijn moeder – doen we al 45 jaar.

Gek genoeg ben ik aan de winnende hand vandaag. 120-237 punten.

Nou, zo’n beetje alles gelabeld en/of ingepakt. Moeders bedenkt steeds nieuwe klusjes, pfff.

Leuk, verhuizen uit Frankrijk met pa en moe.

Daar staan ze, mijn geliefde ouders, nog één keer samen op het terras.

 

En is daar de verhuiswagen, die definitief een tijdperk komt afsluiten.


Dit is mijn beroep

Waarom doe ik eigenlijk wat ik doe? Hetty Dalsheim vroeg mij hiernaar en het antwoord heb ik als bijdrage op haar blog Primago Advies geplaatst.

De afgelopen zes jaar ben ik aan het werk als ‘innovator’ bij de Noordoostfriese kabelaar Kabel Noord. Ik begon daar als ‘projectleider breedband’, om het gebruik van breedbandtoepassingen over het glasvezel- en coaxnetwerk aan te jagen. Later zijn het bedrijf en ik die taakomschrijving ruimer gaan invullen. Breedband en ICT bleven de centrale thema’s; het uiteindelijke doel was vooral de inzet daarvan voor de kwaliteit van de plattelandssamenleving. Die visie liep precies in de pas met de missie van Kabel Noord, meegegeven door de aandeelhouders: vijf gemeenten in Noordoost-Friesland. Sindsdien werd mijn nieuwe functieomschrijving die van ‘innovator’.

Wat is er eigenlijk zo leuk aan? Vrijheid, afwisseling en onzekerheid passen in mijn beeld van een leuke werkomgeving. Structuur past überhaupt niet erg goed bij mijn persoonlijkheid. Van aansturing houd ik niet bijzonder veel. Liever ga ik er zelf op uit en laat ik mijn creativiteit werken. Daarmee bereik ik de beste resultaten.

Innoveren

Dit werk doe ik met veel plezier. ‘Innoveren’ is een avontuurlijke opgave, die je niet vanachter een bureau kan uitvoeren. De functie geeft me veel gelegenheid om van ‘niets’ tot ‘iets’ te komen.De omgeving zit niet altijd op me te wachten, dus een achteruitkijkspiegel is geen luxe.

Uiteindelijk is er een portfolio aan innovatieprojecten met een maatschappelijke ondertoon tot stand gekomen. Van sommige zijn nut of effect niet meteen, of nooit, goed meetbaar. Vaak zijn dat de ‘echte’ innovaties. Echter, als je iets niet probeert zal je het effect niet kennen. Dat je van tijd tot tijd op je neus gaat is helaas een noodzakelijk kwaad. Over de jaren gemeten slaat de weegschaal positief uit. Succesvol waren we in projecten rond zorg, onderwijs, toerisme, bedrijfsleven, maar ook in nieuwe diensten en processen.

Erfelijk belast


Hoe kwam ik hiertoe? Avontuur en vrijheid waren altijd leidend in mijn leven. Studeren heb ik ook gedaan, heel wat jaren zelfs, maar uiteindelijk was dat niet helemaal mijn ding. Misschien ben ik erfelijk belast. Dat moet dan afkomstig zijn van moederskant: haar familie (oorspronkelijk Fries- Hollands-Deens) was afkomstig uit de koloniën. Mijn voorouders leefden in Nederlandsch Indië; als planters, ambtenaren, militairen, bestuurders, ondernemers, of zeelui.

Gedurende twee decennia was de zee ook voor mij mijn leven en broodwinning. Als schipper-eigenaar van zeilende vrachtschepen vervoerden mijn vrouw en ik betalende passagiers langs de kustwateren van de Lage Landen.

Enkele jaren als bestuurslid en projectmanager bij de brancheorganisatie van de traditionele zeilvaart brachten me terug naar de vaste wal. De daar opgedane ervaring bezorgde me mijn huidige baan bij Kabel Noord. Spannende uitdaging: innoveren in Noordoost-Friesland!

Innovatie-impuls voor E-learning Waddengebied

De Innovatie-impuls Onderwijs heeft gisteren met zes andere projecten de voortzetting van het Friese project Waddencampus uitverkozen als ‘winnend innovatieconcept’. Erg goed nieuws, waar we wel een glaasje op mogen heffen in Friesland. Al vanaf 2004 hebben de middelbare scholen op de Waddeneilanden en op het belendende vasteland hier keihard aan gewerkt. Dat ging beslist niet zonder slag of stoot en erkenning heeft af en toe lang op zich laten wachten. De Noordelijke Hogeschool en de stichting die nu intussen "Friesland Leernetwerk" heet hebben een belangrijke bijdrage geleverd.

Logo Waddencampus

Als innovator bij Kabel Noord verwacht ik, dat ook wij blijvend deel zullen blijven uitmaken van dit project. De afgelopen maanden heb ik veel gehoord over de te verwachten ‘krimp’ in perifere, rurale gebieden. Die demografische ontwikkeling valt niet tegen te houden. Tijdelijk vertragen, dat is nog het beste dat men hopen kan. Ik zie maar één mogelijkheid om nog een beweging voorwaarts te maken: het uitbouwen van de mogelijkheden van de digitale snelweg. Als infrastructuurboer en gemeentelijk nutsbedrijf kan een kabelaar als Kabel Noord daar de spil in zijn. Met kabeltjes en glasvezeltjes, maar ook als aanjager en katalysator.


Uit het persbericht van Innovatie-impuls:

"ICT en digitaal leren, regionale videolessen en anders organiseren van het onderwijsproces staan centraal in de winnende innovatieconcepten voor de aanpak van het lerarentekort. SER-voorzitter Rinnooy Kan heeft op 8 april de meest kansrijke concepten van het project InnovatieImpuls Onderwijs bekend gemaakt. In het najaar van 2009 is een aantal scholen in het primair en voortgezet onderwijs aan de slag gegaan met het bedenken van innovatieve maatregelen die bijdragen aan het opvangen van het lerarentekort.


De scholen hebben hun ideeën de afgelopen maanden uitgewerkt tot zogenaamde innovatieconcepten; aanpakken om met minder leraren een gelijke of hogere onderwijskwaliteit te realiseren, zonder dat de werkdruk van leraren stijgt. Uiteindelijk zijn 44 innovatieconcepten ingediend, waarvan er zeven zijn geselecteerd.


De Piter Jelles Montessorischool op de Wadden stelt bijvoorbeeld voor om in een virtuele campus groepen leerlingen voortgezet onderwijs op maat te geven. In dit concept werken verschillende scholen en externe partijen samen om met een kleiner aantal docenten digitaal onderwijs te geven via e-learning."

Dit voorstel is een voortzetting van het gedachtengoed van Waddencampus. Ik ga nog even verder met citeren:

"Virtuele campus.
Doelgroep/sector: VO – onderbouw (kleine scholen).  Thema: ICT; teleleren. 
Kleine rurale scholen op de Waddeneilanden worden door hun geringe omvang (van 35 tot 150 leerlingen) ernstig bedreigd in hun voortbestaan. Ook is het niet goed mogelijk een gedifferentieerd onderwijsaanbod te verzorgen. Samenwerken via e-learning is de ideale oplossing. Dit concept introduceert daarom een virtuele campus.


Specifieke groepen leerlingen (learning communities) volgen onderwijs op maat. De positie van kleine scholen wordt hiermee versterkt. Door docenten, lesmateriaal, ervaring en professionaliteit te delen binnen de campus is meer differentiatie van het onderwijsaanbod mogelijk. Zeer begaafde en zwakke leerlingen krijgen daardoor betere onderwijskansen. Er is sprake van community vorming. Leerlingen, docenten en studenten van de lerarenopleiding vormen groepen die dwars door de fysiek schotten van de scholen gaan. Door gezamenlijk onderwijsmateriaal te ontwikkelen wordt de onderwijskwaliteit verbeterd.


Deze benadering kan ook gebruikt worden in andere dunbevolkte gebieden in Nederland of in een stedelijke context voor de zogenaamde ‘kleine vakken’. Uitgangspunt is het E-learningconcept van o.a. Rosenberg 2006, er moet sprake zijn van: een gevarieerde didactische aanpak, een rijke webbased leeromgeving, kwaliteitsverbetering en aandacht voor de sociale component zodat dwarsverbanden ontstaan. Zoals in het voorbeeld tussen docenten en leerlingen van de waddeneilanden en de vaste wal."

Tot zover de citaten.



Ten overvloede, ik feliciteer de indiener van het voorstel, OSG Piter Jelles – en ik dank die club voor zijn betrokkenheid en doorzettingsvermogen. Dat zijn de dingen die het verschil maken!

Meer onderwijs en Waddencampus