In de voorgaande tien delen van dit 2020-motordagboek (zie deel 1 voor de eerste aflevering) beschreef ik alles wat motorrijden leuk maakt. De voorbereidingen op het motorseizoen, het sleutelen, het toeren, de aankoop van een Moto Guzzi, de reizen naar circuits, de races en circuitdagen, de toerritten. Als afsluiter reed ik met zoon Gijs junior (39) tweederde deel van een Rondje Nederland. In deel 10 vertelde ik over het begin van de tocht, langs de kust van Noordwest-Friesland. In deze laatste aflevering neem ik de draad op bij Lauwersoog.
ENKHUIZEN – De coronamaatregelen en dan vooral de reisbeperkingen veroorzaakten een ongekende daling van het verblijfstoerisme. De klandizie vanuit het buitenland liep sterk terug, vooral ten nadele van groepsaccommodaties en daarmee ook de chartervaart. Een en ander leidde intussen tot grote bezorgdheid over het voortbestaan van deze kenmerkende en beeldbepalende sector. In een online brainstormsessie stelde de branchevereniging BBZ de vraag: kunnen we ondanks Covid-19 tóch omzet draaien?
HARLINGEN – Het was een wandeling voor de vrijheid, vertelde organisator Gouke Hiemstra me vlak voor aanvang van de demonstratie. Op een waterkoude zaterdagmiddag stonden we op het afgesproken beginpunt, het plein voor het station van Harlingen. Mijn oudste zoon Gijs junior stand-by in de buurt, voor het geval dat zijn vader tijdens de journalistieke werkzaamheden zou worden lastiggevallen door wappies of gekkies.
De vorige delen van mijn 2020-motorblog beschreven huiselijke beslommeringen, geknutsel aan motorfietsen en vooral race-avonturen. De laatste racedemo van het jaar was de Luttenbergklassieker. Daarna was het hardrijden even voorbij. In deze aflevering bespreek ik mijn corona-toerritten door Nederland met de AJS en de Moto Guzzi, en niet te vergeten, met mijn oudste zoon Gijs junior.
Terug naar de AJS, waarover ik al schreef in deel 2 van dit blog. Je weet het waarschijnlijk nog: we hadden in de zomer van 2020 mooi, heel mooi weer. Ik maakte met de AJS (een 350 cc ééncilinder type 16 MS uit 1958) een prettige rit naar de Holwerder Pier, voor insiders bekend als een verzamelpunt voor Friese Motorrijders. Lekker langs de zeedijk en de kwelders pruttelen. Wat is Friesland toch prachtig, met zijn hoge luchten en verre einders. Aan de wadkant van de dijk blubber en zout water. Ik ben opgegroeid in het bronsgroene Brabant, maar die zee maakt intussen een belangrijk deel uit van mijn leven hier in het noorden.
Ter afwisseling op de serie ‘Van Horrorwinter naar motorzomer, ‘over mijn tweewielerbelevernissen in 2020, kijk ik in dit verhaal wat verder terug. Naar vijftig jaar geleden om precies te zijn.
Een Puch, een Tomos en twee jongens op reis
Het leven hangt van toeval aan elkaar. Gisteren ook weer. Ik rijd de straat uit, nadat ik mijn ‘nieuwe’ Moto Guzzi California II heb laten zien aan mijn jongste zoon. Een lang gekoesterde wens, deze motor; eindelijk heb ik een goeie gevonden. Op de hoek staat een schuurdeur open. Ik zie een Lomax staan, een kitcar op basis van een 2CV. En ervoor staat een olijfgroen Puchje. Ik rijd verder, maar het Puchje laat me niet los. ’s Avonds lees ik mijn e-mail. Ene Cor van Breukelen heeft me een bericht gestuurd. Op mijn weblog trof hij mijn artikel ‘Van Puch met hoog stuur naar Matchless caféracer‘ aan. Dat schreef ik ooit voor ‘Satisfaction Guaranteed’, het clubblad van de AJS & Matchless Vereniging.