Terug in mijn motorschuur bij Harlingen bouwde racemaat Tajan van der Wiel de koppeling van de XS650 terug naar kabelbediening. Dat werkt goed genoeg, mits zorgvuldig afgesteld. Dat kan je wel aan Tajan overlaten.
Eind mei naar Ermelo. Sinds 2017 rijdt de SAM er racedemo’s. Deze keer liep de motor als de brandweer en zelf had ik er ook veel zin in. Motor plus man = 50 plus 67 = 117 jaar, of als je er op een andere manier tegenaan kijkt, 150 plus 130 kilo = 280 kilo aan oud ijzer, rubber en verkalkte botten. Waarachtig een winnende combinatie. Nou ja, ‘winnend’, dat is een groot woord. We rijden op regelmatigheid en dat is maar goed ook.
In het 750-veld rijd ik met de XS uit 1972-76, met misschien 65 pk aan het achterwiel. Zeker, om me heen rijden prettige tijdgenoten als Laverda’s, BMW’s R75, Honda CB750’s en Suzuki waterkokers, maar vooral ook ‘nieuwlichterij’ uit de jaren tachtig. GSX-R’en, GPZ’s, FZ’s. Watergekoelde vier- en vijfkleppers, allemaal met heul veul meer vermogen dan een luchtgekoelde tweeklepper waarvan de eerste tekeningen bijna twintig jaar eerder op papier werden gezet.
Wat dat betreft vind ik het Belgische classic kampioenschap interessanter – dat staat open voor motoren tot 1972. Evengoed rijden daar een Weslake uit 1970 en een Rob North Triumph (beide met minstens 85 pk) rondjes om me heen. Maar de competitie vind ik toch eerlijker. En ik vind motoren uit die tijd gewoon mooier. Beetje vooringenomenheid mag best.
Lang verhaal kort, dat was een topdag. Toch nog een heel roedel van die jaren tachtigbikes in mijn kielzog gelaten. Maar nee, geen regelmatigheidsprijs; dat niet.
In mijn boek ‘Rijden met Gijs’ beschrijf ik nog veel meer motoravonturen. Bestelinformatie op deze website, in het bericht Het boek is klaar.