Abel Arkenbout  trekt aandacht internationale wetenschap

Onderzoek Toxicowatch naar hobby-eieren wereldwijd spraakmakend

HARLINGEN – Vorige week kwam toxicoloog Abel Arkenbout terug uit Brazilië, waar hij uitgenodigd was om als spreker deel te nemen aan een internationale conferentie over dioxine. Arkenbout is voorzitter van Toxicowatch, de stichting die volgens eigen zeggen ‘wetenschappelijk onderzoek naar toxische stoffen in ons voedsel en milieu  initieert en stimuleert’. Het onderzoek dat Toxicowatch heeft gedaan naar dioxine in eieren van ‘backyard chickens’ in Harlingen en omgeving krijgt internationaal een steeds breder gehoor. Arkenbout is vanwege zijn baanbrekende, naar verluidt goedkopere onderzoeksmethode en de resultaten ervan inmiddels uitgenodigd voor tot nu toe vier conferenties in het buitenland. Zelfs in China wordt zijn methode al toegepast. De Harlinger Courant bezocht hem thuis in Harlingen voor een interview.

Door Gijs van Hesteren
Een artikel dat eerder gepubliceerd werd in de Harlinger Courant.

Koppe Arkenbout D150823K_0034_R
Dr. Janna Koppe en  Abel Arkenbout in São Paulo. Foto: Toxicowatch.

“De conferentie speelde zich af in São Paulo. Een ongelooflijke wereldstad. Er wonen 22 miljoen mensen. Wat een verschil tussen arm en rijk. Fascinerend. Ik heb daar een lezing gehouden voor het ‘35e Internationale Symposium over ‘Halogenated Persistent Organic Pollutants’, kortweg Dioxin2015.” 

Dit ‘Dioxin 20XX’ is een non-profitorganisatie, in de jaren tachtig gesticht door het International Symposium on Halogenated Persistent Organic Pollutants (POP’s). Het doel is het bevorderen van wetenschappelijke educatie en onderzoek van dioxines. Dioxin20XX organiseert jaarlijks het Internationale Dioxin Symposium.

Dioxine is een zeer giftige stof en kan al in hele kleine hoeveelheden leiden tot ernstige blijvende schade voor de gezondheid van mens en dier.

Arkenbout: “Vorig jaar had ik conferenties bijgewoond in Turijn en Madrid. Ik heb er presentaties gegeven over de ervaringen met dioxine in Harlingen. Daarmee heb ik blijkbaar de aandacht getrokken. Kennelijk hoor je dan ineens bij het netwerk. De interesse voor mijn onderzoeken was direct groot en men nodigde me uit voor de conferentie van 2015 in Brazilië.”

Arkenbout trof in São Paul bekende gezichten, zoals dr. Janna Koppe, die nog maar enkele maanden geleden in Trebol samen met hem een lezing had gegeven over dioxine. Enkele Nederlanders waren er ook, zoals Kees Olie van de VU Amsterdam en Ron Hoogenboom van het RIKILT. Het RIKILT is het instituut dat in opdracht van het RIVM onderzoek heeft gedaan  naar eieren van hobbyboeren in Nederland.

Arkenbout presenteert het onderzoek van Toxicowatch voor een internationaal wetenschappelijk gezelschap. Foto: Toxicowatch.
Arkenbout presenteert het onderzoek van Toxicowatch voor een internationaal wetenschappelijk gezelschap. Foto: Toxicowatch.

Ontspannen insiders

“Het RIVM, het RIKILT en Toxicowatch waren het tot nu toe zelden eens, maar de persoonlijke contacten waren plezierig, hoor. Zo’n conferentie bestaat uit een ontspannen samenzijn van insiders, die elkaar regelmatig tegenkomen in dit wetenschappelijk circuit. Een inschatting die nog wordt versterkt door de ontmoetingsplek: een chic conferentieoord met veel marmer en tapijten. Mijn positie was toch bijzonder. Ik was aanwezig op persoonlijke titel, namens de stichting Toxicowatch, helemaal onafhankelijk van welke opdrachtgever dan ook. Dt is toch anders dan bij instituten als het RIVM en het RIKILT. Maar ja, hun werk wordt volledig gefinancierd door de overheid. Die staat onder druk van veel meer belangen dan alleen de volksgezondheid. Kan je dan nog objectief wetenschappelijk onderzoek doen? Ik weet het niet…”

In elk geval, eerder riepen de conclusies van Toxicowatch en het advies nader brononderzoek te doen naar mogelijke dioxine-uitstoot door de REC in Harlingen al heftige reacties op. Harlingen werd in São Paolo door het RIKILT zelf aan de orde gesteld. Dat was bij een presentatie over het eierenonderzoek in heel Nederland, waartoe het onderzoek van Toxicowatch had geleid. Een recent wetenschappelijk onderzoek in China, ‘Pops in chicken eggs from hotspots in China’, dat in heel China is uitgevoerd, ontleent een deel van zijn conclusies aan het hobby-eierenonderzoek van Toxicowatch. Ik dacht, hé, staat mijn naam daar genoemd?”

Onderzoeksmethode

“Tijdens deze conferentie is me gebleken dat er in wetenschappelijke internationale kringen wereldwijd met verontrusting is gereageerd. De regering van de deelstaat São Paulo nodigde me direct uit voor een vervolggesprek.

Het is heel vreemd, dat RIVM en RIKILT hebben besloten tot indicatieve onderzoeksmethodes zoals ze die nu hebben voorgelegd aan de Begeleidingscommissie (deze commissie is samengesteld om het vervolgonderzoek naar de luchtkwaliteit rondom Harlingen voldoende draagvlak te geven, red.). Het is mij inmiddels duidelijk dat er een wereldwijde consensus bestaat over betere methoden, zoals het meten van dioxines in zogenaamde PUF-schalen (Polyurethaan foam). Desgevraagd zeiden de Nederlandse wetenschappers dat ze dit zouden bestuderen. In elk geval is mij nu gevraagd of ik mijn aanbevelingen toe wilde lichten in de Begeleidingscommissie.”

“ Ik heb inmiddels wel toenemende aanwijzingen gekregen voor een kwalijke rol van de REC. Wat je er ook van denken kan, één ding staat vast. Er gaat veel, heel veel geld om in afvalmanagement. Het punt is: om een vuilverbrandingsfaciliteit te realiseren gaan veel bedrijven een pact aan met de overheid. Dat is  ook in Friesland het geval. Vervolgens ontstaat er een soort wederzijdse wurggreep, de partijen slepen elkaar mee en een weg terug wordt mettertijd ondenkbaar.”

Onderzoek Harlingen

“Voor het hobby-eierenonderzoek rondom Harlingen hebben we zo’n beetje één meting per vierkante kilometer verricht. Het RIKILT kreeg naar aanleiding hiervan opdracht een landelijk onderzoek te doen. Het stelde er  metingen tegenover van één per 500 vierkante kilometer, waarbij de locaties zorgvuldig buiten beeld werden gehouden. Als je ernaar vraagt duikt het RIKILT weg. Zo kan je iets toch niet wetenschappelijk onderbouwen?”

“Meer zaken zijn ondoorzichtig rondom de REC. Dit is een ‘low budgetoven’, die dingen moet doen waarvoor hij niet is ontworpen. Hij werkt op de toppen van zijn kunnen. Ik hoef maar te wijzen op de aanvoer van afval. Lang niet meer alleen afkomstig van huishoudens. Er wordt nu rioolslib en buitenlands afval verbrand.  Wie controleert de samenstelling? Een ‘visuele inspectie’,  dat is alles wat de REC doet aan controle. In Brazilië schrok men erg, toen ik hierover vertelde.

In deze tijd verandert de samenstelling van het afval sterk. Alleen al de steeds bredere aanwezigheid van gebromeerde brandvertragers in het afval leidt tot een toename van risicovolle POP’s in de uitstoot.

Het is in elk geval heel verstandig dat er nu twee vervolgonderzoeken worden uitgevoerd. Het ene, de semi-continue meting van dioxines in de afvoerpijp, daar sta ik achter. Het andere, de meting van de luchtkwaliteit in de omgeving, die is indicatief. Een goede stap, zeker, maar je mag dit niet aan de bevolking presenteren als het definitieve onderzoek. Daarvoor biedt het onvoldoende gegevens.”

“Ik sta op dit moment op het standpunt dat de REC de meest verdachte bron is van het hoge dioxinegehalte in onder andere de eieren van hobbykippen. Open communicatie is hard nodig. Ik heb in Brazilië een oproep gedaan aan de wetenschappelijke wereld. We moeten de opgedane kennis nog beter aanwenden, om het probleem van dioxineverontreinigingen in de dagelijkse praktijk op te lossen.”

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *