Nikki Foltýnová: ‘Zeilen doe je niet op de klok. Hier leef je bij het moment.’ (Foto’s: Gijs van Hesteren)
Waddenzee trekt internationaal personeel
HARLINGEN – Er komt heel veel internationaal personeel af op de historische zeilschepen die met passagiers varen in de Waddenzee. Ligt het aan het eigenzinnige Nederland, aan de schilderachtige stad Harlingen of aan de karakteristieke zeilvloot? Misschien laten Zwitsers, Polen, Tsjechen en Amerikaanse Belgen zich inderdaad inspireren door de romantische, zoutwaterzeilende vrachtschepen. Het fenomeen ‘bruine vloot’ is tamelijk uniek in de wereld. Alleen al vanuit Harlingen vertrekken wekelijks meer dan zeventig schepen met betalende gasten naar zee. Alleen in Nederland kom je commerciële zeilvaart tegen op deze schaal.
Ik leg de lat hoog
Toch spelen er nog andere overwegingen, zo blijkt uit gesprekken met ‘maten’ (lichtmatrozen en dekslieden) van buitenlandse afkomst. Ze willen geen dagelijkse sleur, ze willen ‘leven’.
Een voorbeeld hiervan is Fabian Nöthiger (26). Hij studeerde in Zürich rechtswetenschappen en psychologie, maar vond pas ware voldoening bij een heavymetalband en als stage hand bij festivals. Fabian is een gedreven man, die met afgemeten passie spreekt over de doelen die hij zich stelde.
‘De Zwitserse samenleving bood mij weinig uitdaging. Psychologen en advocaten zijn er al genoeg. Ik leg de lat hoog voor mijzelf. Ik wil méér in het leven – sterker worden, mijn mogelijkheden vergroten. Het varen was niet mijn doel, Het had ook bergbeklimmen kunnen zijn, of een job als voetbaltrainer in India, maar in Harlingen kon ik meteen beginnen aan boord van de tweemastklipper Vliegende Draeck. Nu wil ik het zo goed mogelijk doen. Wie weet word ik ooit nog schipper.’
Nöthiger is zich zeer bewust van wat hij doet. Hij kookt voor zichzelf vegetarische kost en ’s morgens en ’s avonds trekt hij tijd uit voor sport. Waar de meeste maten van Nederlandse afkomst de hele dag rondlopen in hun zeemanskloffie trekt Nöthiger na het varen nette kleren aan. Met zijn lange haren en doordringende blik is hij een opvallende verschijning.
Liefde voor het varen én voor de schipper
Een bijzonder verhaal vertelde Nikola (Nikki) Foltýnová (26) uit Tsjechië. Zij begeleidde vakantiekampen voor kinderen met kanker. Als kind had zij zelf deze ziekte gekregen – en overwonnen. In 2017 belandde ze als groepsbegeleidster aan boord van de klipper Zuid-Holland, bij schipper Tossing Schroders.
‘Van de zee en van zeilen had ik geen flauw idee, maar ik vond het varen fantastisch. Tossing en ik werden grote vrienden. Ik studeerde muziekwetenschappen en cultuurmanagement, maar kwam na mijn diplomering terecht in allerlei baantjes. Het leven met de klok beviel me niet. Aan boord van een zeilschip leef je bij het moment. Tossing zorgde dat ik als maat kon beginnen op de stevenaak Minerva.’
Een jaar later is er iets moois opgebloeid tussen Tossing en Nikki. Ze varen nu samen met de Zuid-Holland.
Opleidingen
De internationale zeilmaten vallen allemáál op, ieder op zijn of haar eigen manier. Ze lijken vastbesloten en doelgericht en vóór hun zeilcarrière volgden ze al andere opleidingen. Net als Nöthiger en Foltýnová volgde de uit Warschau, Polen afkomstige Jacek Lewandowski (36) een hogere beroepsopleiding. En net als de anderen verlangde ook hij naar een leven dat méér bood dan van negen tot vijf werken in een kantoor.
‘Al vanaf mijn kindertijd wilde ik varen. Door allerlei omstandigheden kwam het daar niet van. Ik ben afgestudeerd als cinematograaf en ik werk al jaren in de filmbranche. Toch bleef het water trekken. Als zeilinstructeur heb ik alle Poolse binnenwateren bevaren, en als schipper voer ik met jachten, onder andere in Kroatië.
Op Polen ben ik uitgekeken. Ik zie er geen uitdagingen. Mijn vrienden zeiden: je moet nu kiezen. Via Facebook heb ik gereageerd op een vacature bij schipper Theo Hulsenbek. Ik ben nu twee maanden aan het werk aan boord van de klipper Suydersee. De Nederlanders zeilen heel anders dan ik gewend was. Met de klippers wordt écht gezeild; hoe je omgaat met de tuigage is dus heel belangrijk. Daar leer ik ontzettend veel van. Ik heb mijn besluit al genomen: hier ga ik in door. Ik ben niet bang voor een totaal ander leven. Ik weet waar ik wil uitkomen. Zeilen met deze schepen maakt je vrij.’
Beter zeilen in de binnenvaart
De 19-jarige Jacques Bury (‘bijna twintig!’) vond vier jaar geleden via een vriend van zijn ouders een plekje als dekhand op het tallship Nordlys, een zeilende vrachtvaarder. Hij spreekt nu, na twee jaar als maat aan boord van de ‘Actief’, al goed Nederlands.
Enthousiast: ‘Aan de Franse Middellandse Zeekust had ik leren zeilen met optimisten en catamarans. Heel leuk.’
Zijn Belgische vader en Indiase moeder hadden elkaar ontmoet via hun werk voor de Verenigde naties. Bury heeft een Amerikaans en een Belgisch paspoort, maar hij groeide grotendeels op in Genève.
‘Aan boord van de Nordlys was het hard werken. Het schip heeft geen motor. De reis duurde een maand en ik vond het echt geweldig. Tot dan toe had ik een opleiding tot filmmaker gevolgd. De hele dag zat ik binnen achter een computer. Ik kon er niet meer aan wennen na die maand op zee.
Ik ging naar Den Helder, om aan boord van de Nordlys te helpen met klussen. ‘Dit is misschien wat ik met mijn leven wil gaan doen’, dacht ik bij mijzelf. De collega’s wezen me op de Enkhuizer Zeevaartschool. Dat was een goede greep. De vaarbevoegdheden hoop ik komende winter te verwerven.
Ik had natuurlijk vaardagen nodig. Zo kwam ik in Harlingen terecht op de tweemastklipper ‘Actief’. Het klikte meteen en dit is al mijn tweede seizoen. Als zeilmaat hier op het Wad leer je het varen veel sneller dan op een zeeschip. Elke dag is anders en op het voordek moet je het alleen oplossen, samen met de klanten.’